Schizofreniepatiënten leven gemiddeld langer als ze het goedkope, merkloze clozapine slikken dan als ze duurdere medicijnen innemen. Dat schrijven Finse onderzoekers vandaag in het medische vaktijdschrift The Lancet.
Minister Klink zal blij zijn met het onderzoek: zijn streven is immers om artsen goedkopere medicijnen te laten voorschrijven en zo te besparen op de toch al zo dure gezondheidszorg.
Clozapine (verkocht als Clozaril) behoort tot de eerste generatie antipsychotica. Dat nieuwere en modernere pillen niet altijd beter werken, ontdekten de Finnen die 67.000 dossiers van Finse schizofreniepatiënten over een periode van 10 jaar analyseerden.
Patiënten die moderne medicijnen als quetiapine nemen, bleken een 41% hogere overlijdenskans hebben dan bij het ‘oude’ clozapine. Voor risperidone (Risperidal) is dat 35%. Ook bij olanzapine (bekende merknaam is Zyprexa dat vorige week nog negatief in het nieuws was vanwege de bijwerkingen die fabrikant Lilly zou hebben verzwegen) is de overlijdenskans nog 13 procent hoger.
Volgens onderzoeksleider Jari Tiihonen zien gezondheidsautoriteiten clozapine ten onrechte als een laatste optie. Er zijn weliswaar negatieve bijeffecten, maar die wegen volgens hem niet op tegen de voordelen van het medicijn. Zo zouden clozapinegebruikers aanzienlijk minder vaak zelfmoord plegen.
In Spits zegt de directeur Bert Stavenuiter van Ypsilon, een vereniging van familieleden van mensen met schizofrenie of een psychose, dat het onderzoek aantoont dat de praktijk moet worden herzien. ‘Een patiënt en niet de behandelaar bepaald welke bijwerkingen acceptabel zijn.’
In Nederland lijden circa 130.000 Nederlanders aan de psychiatrische aandoening schizofrenie. De ziekte openbaart zich meestal tussen het 15e en 30e levensjaar.
Lees ook:Verband tussen schizofrenie en auto-immuunziekte
Lees ook:Link tussen kindermisbruik en schizofrenie
Lees ook:Vijf nieuwe genen schizofrenie ontdekt
Lees ook:Schizofrenie op te sporen via oogbewegingen
Lees ook:Wetenschappers vinden gen voor schizofrenie