Niet foute vriendjes bepalen
of je op jonge leeftijd al aan de alcohol gaat, het zijn je genen!
Dat concludeert wetenschapper
Evelien Poelen van de Nijmeegse Radboud Universiteit in een onderzoek waarop ze
woensdag 3 september promoveert.
Als jongeren voor hun dertiende jaar gaan
drinken, heeft dat vooral te maken met hun genetische aanleg voor drinken.
Bij jongens is het genetische
effect groter dan bij meisjes. Zijn de jongeren tussen de 12 en 15 jaar eenmaal
begonnen met drinken, dan is er de promovenda geen link meer tussen genetische
aanleg en de frequentie van alcoholgebruik.
De omgeving en het drinkgedrag van
de ouders speelt juist een grote rol bij de vraag hoe vaak en hoeveel kinderen
drinken.
Evelien Poelen is de eerste
die aantoont dat genetische invloed een grotere rol speelt dan
omgevingsfactoren. Tot voor kort werd aangenomen dat omgevingsfactoren de
belangrijkste rol spelen bij het vroeg beginnen met drinken.
Uit haar gegevens blijkt dat
maar liefst één op de drie jongeren hun 13e wel eens alcohol heeft
gedronken! Van de jongeren tussen de 12 en 15 jaar drinkt 16 tot 29 procent van
de jongens en een iets lager percentage van de meisjes regelmatig alcohol. Dat
zijn best aardige percentages.
En dan hebben we het nog niet eens over de
probleemdrinkers: 16 tot 33 procent van de mannen en 5 tot 10 procent van de
vrouwen in de leeftijd van 16 tot 25 jaar is probleemdrinker. In vergelijking
met andere westerse landen zijn dit hoge cijfers.
Bron: Radboud Universiteit
Nijmegen
Lees ook:Nederlander drinkt 1 glas alcohol per dag
Lees ook:Scholieren vaak moe, angstig en depressief
Lees ook:Nederlander wil alcoholverbod 16- en 17-jarigen
Lees ook:Bijziendheid is erfelijk bepaald
Lees ook:Engelse jongeren steeds vaker geheelonthouder