Wie naar het ziekenhuis of de huisarts gaat voor spoedeisende hulp, moet vaak lang wachten voordat hij wordt behandeld. Dat blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF), waarover RTL Nieuws gisteren berichtte.
Van de 2500 mensen die reageerden, vond een kwart dat ze te lang moesten wachten.
De gemiddelde wachttijd bedroeg gemiddeld 2 uur, maar er waren ook uitschieters naar wel 4 of 6 uur. Het gaat dan niet om verstuikte enkels of schaafwonden, maar om kinderen met hoge koorts of iemand met brandwonden.
Uit het onderzoek blijkt ook dat patiënten vaak niet weten waar ze naar toe moeten: de huisarts of de spoedeisende hulp. Met als gevolg dat patiënten die eigenlijk naar de huisarts zouden moeten gaan, naar het ziekenhuis gaan en andersom.
Ziekenhuizen kunnen dat volgens de NPCF heel makkelijk oplossen door de Eerste Hulp en de huisartsenpost samen te voegen tot een spoedpost. Circa 10 van de 100 ziekenhuizen hebben al zo’n spoedpost.
En dat werkt prima, meldt het Waterland Ziekenhuis in Purmerend, één van die 10 ziekenhuizen. In het Purmerendse ziekenhuizen worden alle patiënten door een verpleegkundige opgevangen in een spreekkamer.
De verpleegkundige beoordeelt of de patiënt bij de huisarts of op de spoedeisende hulp moet zijn. Chirurgen zijn blij dat ze daardoor alleen nog de zware gevallen zien. Voor patiënten met kleine problemen is het voordeel dat ze niet langer hoeven wachten tot de zware gevallen behandeld zijn.
Bovendien hoeft minister Klink dan niet langer te dreigen dat mensen die met een akkefietje naar de spoedeisende hulp komen, een eigen bijdrage van 50 euro moeten betalen, zoals hij laatst van plan was!
Lees ook:Klink wil bezuinigen op eerste hulp
Lees ook:Betalen voor spoedeisende hulp schrikt af
Lees ook:Elk ziekenhuis een spoedpost
Lees ook:Geen eigen bijdrage spoedeisende hulp
Lees ook:Patiëntenvereniging tegen betalen voor spoedhulp