In de urine van mensen met
hart- en vaatziekten en diabetes zit gemiddeld meer van de stof bisfenol A dan
in de plas van mensen zonder die ziekten. De stof zit lage concentraties in plastic verpakkingen van bijvoorbeeld frisdrank en
zuivel. Soms komt iets van deze stof in het verpakte levensmiddel terecht.
Dat blijkt uit Amerikaans
onderzoek dat in het medisch vakblad JAMA is gepubliceerd.
Toch hoeven Nederlanders zich
geen zorgen te maken, volgens het Voedingscentrum. Want Europa heeft regels
opgesteld die bepalen hoeveel Bisfonal A (BPA) er maximaal in voeding mag voorkomen.
Daarbij is rekening gehouden
met de eventuele giftige werking van deze stof voor de mens.
De Europese Voedselveiligheid
Autoriteit (EFSA) concludeerde onlangs dat het huidige gebruik van bisfenol A
niet schadelijk is voor de gezondheid.
Hiervoor zijn circa 200
wetenschappelijke studies op een rijtje gezet. Daarnaast heeft de EFSA nog eens
specifiek gekeken of BPA gevaarlijk is voor baby’s.
De EFSA concludeerde dat
dit ook niet het geval is. Namelijk om aan de veiligheidslimiet te komen, moet
een baby vier keer zoveel babyvoeding eten uit plastic verpakte materialen – waaronder zuigflessen – dan
nu gebruikelijk is.
Komt er tijdens de productie
toch wat in het verpakte levensmiddel terecht, dan is de hoeveelheid aan normen
gebonden. De Warenwet hanteert dusdanige strenge regels, dat het maximum aan
BPA, dat in levensmiddelen terecht mag komen, ver onder de werkelijke ‘gevarenzone’
zit.
Volgens het Voedingscentrum
is er dus geen reden om ons zorgen te maken.
Bron: voedingscentrum
Lees ook:EU-bureau: zoetjes niet kankerverwekkend
Lees ook:EU verbiedt ‘gevaarlijke’ stof in babyflesjes
Lees ook:‘Bisfenol A niet schadelijk voor de gezondheid’
Lees ook:‘Normen vitamine D kunnen omhoog’
Lees ook:Light ook voor zwangere vrouwen veilig